De stad ligt ca 150km van de Vietnamese grens en was belangrijk bij de doorvoer van allerlei militair materieel tijdens de Vietnam - Amerika oorlog naar Noord-Vietnam. Ook tijdens de oorlog van Ho Chi Minh en de zijnen tegen Frankrijk speelde Nanning al een belangrijke rol.
Op woensdagavond komen we aan in een sjiek hotel, goedkoop geprikt vanuit de Lonely Planet. We lopen voor we gaan slapen nog even naar buiten. Er is een heel groot verkeersplein met daarachter veel neon en superstores als we het hotel uitkomen. Voordat we besluiten ons daar wel of niet in te storten, zien we rechts om de hoek een druk straatje met veel mensen en eettentjes. Dat trekt ons meer. Heel veel fruit – dat had men ons al verteld over Nanning – en tot onze verbazing veel vis, waaronder oesters die we tot nu toe nergens gezien hebben. Terwijl Nanning toch meer dan 150 km van de zee af ligt. Men verzekert ons dat ze vers zijn en hoewel de verleiding groot is geroosterde oester te eten, durven we het toch niet aan en houden het bij een biertje. Een mooi straatje, alles wordt ter plekke klaar gemaakt en op het terrasjes op straat opgegeten. De volgende morgen eerst op ons gemak naar het station gelopen (half uurtje) om kaartjes voor Hanoi te kopen. Onderweg komen we natuurlijk weer van alles tegen, ongelofelijk hoeveel men op twee wielen kan versjouwen, of het op de bromfiets is of op een tweewielige kar.
De rest van de dag lopen we door de stad, ’s middag een uurtje apart: Kees ontdekt een geweldige marktstraat met alles wat je maar kunt bedenken. Hij ontdekt ook dat het wat inktvisachtige gerecht dat we bij de lunch gegeten hebben, varkensoor is geweest. Geer shopt wat in de vele en heel grote stores. En daarna maken we Shanghai af voor de weblog, doen nog wat e-mails en pakken de rugzakken om de volgende dag vroeg te kunnen uitchecken. Tot slot nog weer een wandelingetje door het eetstraatje. Overdag is er niets van te bekennen, ’s avonds wordt het pas opgebouwd.
Die volgende dag checken we vroeg uit en geven de bagage in bewaring voor een tocht naar de bekende Detian River watervallen, 3,5 uur rijden, op de grens met Vietnam (westelijker dan we straks met de trein zullen gaan). We rijden door prachtige kalkrotslandschappen (à la Guilin, Corine en Jurriaan).
Ook eigenlijk heel grappig om nu een dag voor we naar Vietnam gaan zo vanuit China Vietnam in te kijken.
Op de terugweg stoppen we als we zien dat er druk gewerkt wordt op de rijstvelden. Het is goed te zien hoe men dit werk in groepjes doet en niet alleen. Ook zien we weer hoe de rijst eerst in bedden gekweekt wordt, vervolgens wordt uitgeplant en tot slot geoogst. Alle handelingen konden we hier op dezelfde plek zien.
No comments:
Post a Comment