Monday, June 11, 2007

Deel 13: Mongoliё 0527 – 0606, 1 uit 3

Mongoliё
Eerst geven we een korte algemene informatie over Mongolië en vervolgens zullen we per rondreis dag, 11 totaal, een korte indruk met enkele foto’s weergeven. Wellicht nog eens goed te zeggen: deze log is vooral voor onszelf als dagboek bedoeld, maar we vinden het fijn als andere kunnen meegenieten. Dus gewoon zaken overslaan als het te lang wordt!

Geografie
Mongolië is een grote landmassa gelegen in Centraal Azië. Het is bijna drie keer Frankrijk, 1.564.116 km2 vergelijk Nederland ca 34.500 km2 . Dus Mongoliё is ca 45 keer Nederland. Of op een andere manier gezegd, de afstand in Mongoliё tussen Oost-West is 2392 km en tussen Noord-Zuid 1259 km. Het is het vijfde grootste land in de wereld qua landoppervlak.
Tweederde van Mongoliё is bergland, vanuit het midden naar het Noordwesten. De hoogste berg Khüiten is 4374 meter. Desteppen en de Gobi woestijn liggen gemiddeld op 1100 meter; eigenlijk zijn we deze elf dagen niet beneden de 1000 meter geweest.
Mongolië heeft twee buren: De Russen in het noorden en de Chinezen in het westen, zuiden en oosten.

Bevolking
De bevolking was in 2006 2,6 millioen. Van deze 2,6 millioen mensen wonen er geregisteerd 0,8 millioen in Ulan-Bator en geschat in werkelijkheid 1,1 millioen. De Khalkha Mongolen zijn de grootste bevolkings groep (81,5 %), daarna komen de Turken met 4,3 %, vooral wonend in West Mongoliё richting Kazakhstan. De overige 14,2 % is verdeeld over 18 minderheids groepen, in grote meerderheid gerelateerd aan de Mongolen die veelal aan de grenzen, vooral in west Mongoliё, wonen.

Klimaat
Het klimaat in Mongoliё heeft grote uitersten. De gemiddelde temperatuur in januari is -35 graden en de gemiddelde zomer temperatuur is 25 graden. De uitersten die waargenomen zijn: -55graden in noordwest Mongoliё, en 40 graden in het zuiden in de Gobi.
De neerslag is meer dan 500 mm per jaar in de bergen in het noordwesten, 200 tot 300 mm in het midden deel - de steppen - en minder dan 150 mm in de Gobi, het zuiden. De neerslaglijnen lopen ruwweg van ZW naar NO.
Vergelijk Nederland gemiddeld 760 mm.

Geschiedenis
De geschiedenis van Mongoliё is in te delen is in voor, tijdens en na Genghis Khan, 1162 tot 1227. Hij leeft hier nog steeds enorm. Bj het grote plein in het hart van Ulan-Bator staat het Parlements gebouw dat drie grote beelden van Genghis Khan draagt op het bordes.

Voor Genghis Khan
De geschiedenis begint rond 750 BC waar de Scythians samen met de Finno-Ugrian tribes centraal Aziё beheersen tot 200 BC. Dit wordt vermeld door griekse geschiedschrijvers.
Daarna gaat de macht naar wisselende stammen en clans waaronder de Hunnen en de Turken. De Mongolen zeggen dat zij uiteindelijk nog van de Hunnen afstammen. Dat is wat hier wordt gezegd. Na 200 BC is Mongoliё herhaaldelijk onder Chinese controle geweest, althans Oost en Centraal Mongoliё. West Mongoliё is eigenlijk nooit onder Chinese controle geweest De Chinezen hebben het Altai gebergte van West Mongoliё nooit kunnen veroveren.

Genghis Khan en zijn opvolgers, 1162 tot ca 1350
Genghis Khan werd geboren in 1162 en was van koninklijke afkomst. Echter, zijn vader werd een of twee jaar na zijn geboorte vermoord door de Tartaren en zijn moeder vluchtte samen met de kinderen de steppe in. Hij groeide daar op onder armoedige omstandigheden. Hij besefte als jongen dat het maken van goede vriendschappen heel belangrijk is. Dit werkte door in zijn hele leven. Hij kwam min of meer uit het niets tevoorschijn, maar wist met zijn natuurlijke leiderschapkwaliteiten allerlei allianties tussen de verschillende mongoolse stammen en clans te maken. In 1189 (27 jaar) riepen de Mongoolse stammen hem uit tot Genghis Khan van alle Mongolen. Hij bouwt een leger op en verslaat in 1198 en 1202 tot tweemaal toe de Tartaren. Vervolgens legt ook Naiman zich neer bij het leiderschap van Genghis Khan en wordt hij in 1206 uit geroepen tot Great Khan van alle mongolen. Voor het eerst zijn alle Mongoolse stammen en clans verenigd. Tussen 1207 en 1221 maakt hij alle buurlanden aan hem ondergeschikt en ontstaat zijn visie van een wereldrijk onder Mongoolse controle. Hij draagt deze visie ook over aan zijn vier belangrijkste generaals en aan zijn zonen. Als hij in een campagne tegen de Tanguts, die verslagen werden, ook zelf sterft, volgt zijn derde zoon, Ögödei Khan hem op. Deze bouwt o.a. de hoofdstad Kharakhorum in 1235 en leidt de invasie naar Rusland, uitmondend in het Russian Khanate, bekend onder de naam Gouden Horden onder Batu Khan die Rusland tot midden 15e eeuw in de greep houdt. Tussen 1246 en 1275 komen de derde en vierde Great Khans aan de macht en rond 1280 is het Mongoolse rijk op zijn top. De Westgrens = ongeveer die van Rusland nu (inclusief Wit Rusland t/m Turkije), de Zuidgrens = inclusief Irak, Iran en Pakistan en verder tot de Himalaya en vandaar doorlopend tot Hongkong in China, de Oostgrens = hele vasteland inclusief Korea.
Verder wordt in 1264 Kublai uitgeroepen tot vijfde Great Khan en deze verhuist in 1271 naar Beijing en vormt de Yuan Dynastie.

Genghis Khan organiseerde zijn leger in tientallen of veelvouden daarvan. 10 krijgers waren een arban, 10 arbans waren vervolgens een jagun (100 krijgers) enz tot eenheden van 10.000 man. De mannen werden getraind door te jagen en onderlinge wedstrijden te organiseren. Tijdens deze oefeningen leerde men op geniale wijze met elkaar te communiceren met fluitende pijlen en drums. Verder leerde men een geweldige discipline en coördinatie en men ervoer tijdens de jacht of tijdens de spelen de voordelen van deze eigenschappen. Het belangrijkste wapen was de pijl en boog (een vrij compacte) en de ruiters konden zichzelf al rijdend in het zadel omdraaien om achtervolgers in volle galop af te schieten.
Genghis Khan staat als militair genie bekend, volgens kenners boven Alexander de Grootte, Hannibal, Caesar, Attila en Napoleon.

Na Genghis Khan
Het Mongoolse rijk implodeert na de val van de Yuan Dynastie in 1368 en de vestiging van de Ming Dynastie in China. China probeert eerst om een vazal van de oude Mongoolse koninklijke familie naar Mongoliё te sturen om op die wijze heel Mongoliё onder controle te krijgen, maar dat mislukt. Daarna wordt in 1380 de Mongoolse hoofdstad Kharakhorum geheel verwoest.
De schattingen zijn dat Kharakhorum, gebouwd in 1235, vóór de verwoesting in 1380 tot
een vrij grote stad was uitgegroeid, met naast het paleis stadsdelen voor verschillende
bevolkingsgroepen. De grootste waren natuurlijk de Mongolen, gevolgd door een vrij
grote wijk voor Chinezen en vervolgens een Turkse wijk. Genghis Khan had alle religies
toegestaan; daarom wordt gedacht dat er naast lokale tempels ook enkele moskeëen en
een christelijke kerk aanwezig zijn geweest. Een maquette in het museum in Ulan-Bator
geeft een heel goed beeld van die situatie toen. Duits onderzoek heeft tot deze maquette
geleid.
Bij ons bezoek aan Kharakhorum (dag 5) zien we inderdaad niets meer van deze oude stad dan de plaats waar hij geweest moet zijn. Bij de verwoesting ishet er heel degelijk aan toegegaan en vele duizenden mensen werden gedood. Vanaf 1414 zijn er veel interne onrusten en een burgeroorlog tussen oost en west Mongoliё. In 1578 bekeert Altan Khan zich tot het Boeddhisme en in 1586 wordt het Erdene Zuu Klooser gesticht vlak bij het vroegere Kharakhorum. Het Erdene Zuu klooster wordt het toenmalige centrum voor het Mongools “Yellow Hat” Boeddhisme ( in Tibet ontwikkeld door Zon Khoba en Tantra Boeddhistische vorm) en het klooster groeit uit tot een complex met 64 tempels en 5000 monniken.
In 1639 wordt Zanabazar, na een strijd tussen alweer oost en west Mongoliё, uitgeroepen eerste Öndör Gegeen (High Enlightened One) en Leider van het Mongoolse Boeddhisme. Zanabazar, zoon van een Mongoolse Prins werd uitgeroepen tot geïncarneerde Lama van de Tibetaan Javzandamba Khutukhtu. Vervolgens vanaf 1640 tot 1904 verschillende disputen en verdragen met China, Manchurije en Rusland.
In 1904 vlucht de 13e Dalai Lama voor de Engelsen van Lhasa Tibet naar Mongoliё. In 1911 verklaart Mongoliё zich een onafhankelijk staat en wordt de achste Öndör Gegeen de achste Bogd Khan van Mongoliё. Hij is dan de geestelijk en wereldlijke leider van Mongoliё, en derde in het leiderschap binnen het boeddhisme na de Dalai Lamas en dePanchen Lamas.
Na het overlijden van de achtste Bogd Khan neemt de Mongolia People Party, gesteund door Rusland de leiding van het land over. De hoofdstad wordt omgedoopt naar Ulan-Bator (Rode Held) en Mongolië krijgt zijn naam.
Vanaf 1937 start onder leiding van Choibalson, Minister van Oorlog, een zware campagne tegen het Boeddhisme dat een kwaad is voor het volk. Er worden ca 700 kloosters verwoest en duizenden en duizenden monniken gedood. Ook in het centrum Erdene Zuu blijven ca 4 tempels over van de 64. De campagne tegen de Boeddhisten eindigt 1939/1940 als het vernietigingswerk bijna compleet is nadat Stalin een wat mildere houding naar het geloof aanneemt.
De communistische Partij blijft aan de macht tot 1996, hoewel vanaf 1991 een versoepeling plaatsvindt, in lijn met wat er in Rusland gebeurt. In 1992 begint een privatiserings programma waarna heel wat fabrieken dicht gaan en er grote werkeloosheid ontstaat. In 1996 neemt na verkiezingen een Sociaal Democratische regering de macht over. Overigens wint de communistische partij het weer in 2000. Mongoliё heeft vrij grote problemen. Allereerst door de heel strenge winters van 1999/2000 en 2000/2001 met daar tussen een vrij droge zomer. Door de droge zomer kon niet genoeg hooi e.d. verzameld worden waardoor in de daarop volgende strenge winter heel veel vee is gestorven, zo’n zes millioen.
De veranderingen na 1990 zijn te snel gegaan en de mongolische maatschappij heeft grote moeite zich aan te passen. Door de privatisering zijn er vooral veel mannen werkeloos geworden, die daar slecht mee overweg kunnen. Stel je voor de mongolische man, een krijger type, uitgesproken, direct en een macho type vindt zichzelf zonder werk en zonder kudde.
De vrouwen passen zich gemakkelijker aan: de universiteiten worden door meer vrouwen bevolkt dan door mannen, bv. de medicijnenstudie wordt voor 80% door vrouwen gedaan. Veel vrouwen zijn beter opgeleid dan mannen en zoeken partners buiten Mongoliё.
Ook het gezondheids stelsel en het onderwijs loopt achteruit.

Dit als een algemeen beeld over Mongoliё. In de dagbeschrijvingen wordt over andere onderwerpen zoals religie en het leven in een nomadentent geschreven.

13-1: Ulan-Bator naar Mandalgovi, zondag 27 mei, 262 km
We rijden vandaag in principe pal zuid. We verlaten Ulan-Bator met een zware bewolking, veel wind en enigszins kil. Vannacht heeft het nog geregend, de straten zijn nat. Iedereen is precies op tijd, 07:00, de gids Enki, de chaffeur Suchè en wij. Om ca. kwart over zeven laten we de stad achter ons, rijden de eerste 30 km over asfalt en slaan vervolgens rechtsaf richting Bayan-Unjuul. Vanaf nu onverharde wegen in meer en vaak minder goede staat. Bij Ulan-Bator waren nog wat heuvels maar verder rijdend wordt het land vlakker. Na ca 100 km wordt de lucht geheel blauw, heerlijke zon, alleen de wind blijft waaien. Al van heel ver zien we een typische berg, een landmark waar de weg naar toegaat,de Zorgol Khairkan Uul (1668 m). Na dit punt slaan we links af en komen bij een zoutmeer aan. Prachtig hoe sneeuwwit de oevers van het meer er uit zien. Voor Geer is het de eerste keer dat zij een zoutmeer ziet en wij besluiten naar het meer te lopen om het beter te bekijken. Een ruiter te paard komt ons tegemoet gereden, hij bewaakt een groep paarden en kamelen zo te zien. We wisselen de inmiddels geleerde groeten uit, maken foto’s van hem en zijn paard en lopen verder naar het meer. Geer is verbaasd dat het zout zo wit is.


We rijden verder naar de ruïne van een Boeddistisch klooster, 40 km voor Mandalgovi. Dit klooster werd opgericht in de tijd dat de communistische regering van Mongoliё het boeddisme wilde uitbannen, zie geschiedenis, maar ook dit klooster werd ontdekt en de 500 monniken die er waren, werden gedood. Het ligt mooi in een “verstopte” rotspartij, dichtbij een kleine bron toendertijd, nu opgedroogd. Wij maken een kleine wandeling over de rotsen en valleitjes om de lunch te laten zakken.
Om ca 16:30 komen we in Mandalgovi aan, het provincie centrum van Midden Gobi met ongeveer 14.000 inwoners, dat min of meer uit het niets te voorschijn springt als we weer een heuveltopje over rijden.

Na het inchecken in Hotel Gobi lopen we nog een uurtje door het dorp; het ligt daar midden in het zand. Een hoofdweg van asfalt, alle zijstraten zand. Huizen keurig in rijtjes, alle afgeschermd door een hek. Nauwelijks een stukje groen te zien. Midden in het stadje ligt een vrij grote school. Twee meisjes die ons aanspreken gaan meelopen en proberen hun net geleerde engels te oefenen. Veel gelachen met z’n vieren. Na een eenvoudig maal, het nalopen van de route van vandaag en de te nemen route morgen, douche en een glaasje wijn gaan we tevreden naar bed. Dit ritueel zal zich de komende dagen herhalen.
13-2: Mandalgovi naar Khongoryn Els, maandag 28 mei, 372 km
We vertrekken om half acht, direct na het ontbijt om zeven uur, met een stralende zon en een geheel strak blauwe hemel. Het gaat een lange rit worden dus staan er geen speciale items op het programma. Direct bij het uitrijden van het provincie stadje ben je in de vlakte. Heel droog, waar halen de dieren hier hun voedsel vandaan? Hoe beschrijf je het landschap? Het is vrij vlak met hier en daar een stukje lage heuvel rug. Kurkdroog oppervlak met allemaal kleine stukjes leisteen met daar tussen een enkel grasje of klein struikje vol met stuifzand, geen enkele boom. Hierdoor krijg je een enorm ruimte gevoel, een heel leeg land, geen enkele afrastering en dan ineens komt een kudde paarden - 20 tot 30 – met jongen in zicht of schapen en geiten. In het begin bijna geen kamelen of koeien. We zijn werkelijk verbaasd over die ruimte en die leegheid.

We bereiken Delgerkhongai op eenderde van de tocht. Proberen wat koffie te krijgen, maar twee cafeetjes hebben dat niet. Wel de lokale thee, dat is thee met melk, ietsje boter en wat zout samen gekookt. Geer vond er niets aan, Kees vond het nog meevallen en toch lekker wat warms. Buiten staan prachtige vrachtwagens die van dorp naar dorp gaan om allerhande te leveren. Hier werden wat kratten bier, frisdranken, suiker, etc. voor de plaatselijk winkel afgeleverd; alles met de hand en vervolgens wordt weer met PP touw het dekzeil strak getrokken. Geen container of pallet aanwezig. In zo’n dorpje is ook geen enkel stukje asfalt; dus alles wordt behoorlijk stoffig.De mensen zijn over het algemeen open, vriendelijk en opgewekt.
We rijden het dorp uit en komen na een kilometer of 30 een waterput tegen, waar water wordt opgehaald en vee komt drinken. We denken dat een koppel daar bezig is met een klein meisje van ca 2 jaar. Een soort melkbus wordt met de pomp met water gevuld en met een rubberen vel tussen de rand en deksel wordt het geheel afgesloten voor transport. Tevens wordt de kudde water gegeven. Daar is een strikte volgorde in, horen we. Eerst het kleinvee, de schapen en geiten die zich om de trog verdringen. Nadat die gelaafd zijn komen de paarden aan de beurt, enz.

Een groep van vijf kamelen die ook steeds weer aan de trog willen, worden door een jongen van een jaar of acht met een kort stokje voortdurend op afstand gehouden. Geweldig hoe zo’n klein joch die vijf grote kamelen, allemaal met twee bulten, onder controle houdt. Als laatste gaan de kamelen aan de bak. Zo’n tafereeltje is uiterst boeiend om te zien en gaat allemaal heel ongedwongen. Ook wat foto’s maken gaat zonder enig bezwaar.

We rijden verder door de grootse ruimte, het is heel vlak met aan weerskanten, enigszins verborgen door heïigheid, lage heuvel/berg ketens. Ik probeer het nog een keer. De kleur varieert: overdag de ene keer wat groener, de andere keer wat droger geel grijs. Regelmatig worden de vlaktes getekend door een kudde paarden, schapen en geiten en een enkele keer een 10 à 20 kamelen. Ook komen regelmatig een twee à drie gers (mongoolse tenten) aan de horizon of wat dichterbij de weg.
Zo bereiken we een tweede dorpje; drinken weer thee in een ger en rijden door. De chaffeur heeft een “short-cut” bedacht maar gaat toch even infomeren bij een ger die in opbouw is. De familie is net aangekomen en we zien dat het binnen werk overeind staat en men is bezig het boven doek over de tent te trekken. De buren van een naburige ger zijn komen helpen. Dit is de bewonerster van de in opbouw zijnde tent.

De zuidelijke berg keten komt langzaam dichterbij en we gaan er doorheen via een klein pasje en bereiken zo ons ger kamp Tuusvin 2 om kwart voor acht. Eten op het terras bij een prachtige zonsondergang met een bijna onbewolkte hemel.
13-3: Khongoryn Els naar Khawtsgait via Lammergeyer Valley, dinsdag 29 mei, 260 km
De Zandduinen
Khongoryn Els is een van de twee zandduinketens van ca 180 km bij 8 km. Wij rijden 30 km naar het westen naar het hoogste punt van die keten. Volgens Enki, de gids, 400 m hoog, wat wij schatten is 200 à 250 m. We kiezen een route en gaan naar boven. Op strand door rulzand lopen is lastig, door rul zand omhoog is nog lastiger en zeker de helft van de klim was door heel rul zand dat bromde onder je voeten. Bij iedere stap gleden we 2/3 stap terug. Enki stelde al drie keer voor om terug te gaan, maar wij wilden eigenlijk wel even over de rand heen kijken en stelden steeds voor het nog even te proberen, Kees voorop. We bereiken de top en het blijkt een scherpe rug te zijn met aan de achterkant doorlopende zandduinen maar veel lager dan die wij beklommen. Een prachtig gezicht aan weerskanten, mooi zoals je van boven op de toppen neerkijkt.
Prachtig wit en verbazingwekkend dat zich zo’n rug van zand heeft gevormd. Enki erkent later dat hij het ook voor het eerst ziet en blij is dat we hebben doorgezet.

Het is een uniek natuur fenomeen dat waarschijnlijk veroorzaakt wordt door de twee bergketens aan weerskanten waardoor er een soort tunnel effect is ontstaan? De zandduinen staan los van de berg ketens aan weerskanten.
Een kamelen rit
Na de zandduinen worden we meegenomen voor een kamelenrit. De eerste twee eigenaars weigeren (het komt niet uit), de derde is accoord. Twee kamelen worden voor ons gezadeld en begeleid door de eigenaar gaan we op pad. Kees eerst redelijk gespannen. Die dromedarisrit in Dori had hij maar zo,zo gevonden en zeker toen hij bij het afstappen er voorover met zadel en al van afkukelde. Al snel merkte hij dat dat toch gemakkelijker is met die tweebulters.
We zijn een stukje tussen wat struiken naar het riviertje in de buurt gelopen, richting duinen en weer terug. We rijden door enkele vennetjes en zien een paar prachtig gekleurde eenden, "egyptische eenden" maar dan groter? De kameel gaat met zijn hoofd omlaag om te gaan drinken; dat geeft een gek gevoel als de voorkant van je bewegende object ineens verdwijnt. Toch wel leuk geweest om dit plaatselijk transportmiddel uit te proberen. Voor Geer is het van het begin af aan heel ontspannen geweest.
Lammergeyer valley.
Na de kamelenrit rijden we weer uren door de droge vlakke woestijnsteppen tussen de twee bergketens en zien de zandduinen eindigen, passeren nog een zoutmeer, lunchen op een kleine verhoging met prachtig uitzicht en draaien dan de noordelijke bergketen in. We klimmen gestaag en komen bij de ingang van Lammergeyer Valley. Hier is een klein natuurhistorisch museum ingericht met de verschillende dieren die in de vallei voortkomen.
Daarna rijden we de vallei in. De bergen aan weerskanten worden steeds hoger: massief bruin gesteente met groene vlakjes er tussen. Na 8 km parkeren en we gaan te voet verder. Komen bij een klein bergmeertje dat nog geheel met samen gepakte sneeuw van de winter is bedekt en lopen verder een vrij nauwe kloof in met een beek die ook regelmatig met gepakt sneeuwijs is bedekt en waar we overheen lopen, de kanten vermijdend. Prachtig hoe de steile wanden zich steeds verder vernauwen en de kloof steeds dieper wordt. Op het punt waar de kloof een scherpe bocht maakt en het sneeuw ijs nog heel hoog ligt keren we om.
We lopen terug naar de 4wd. Het is behoorlijk bewolkt geworden en het is hard gaan waaien. We zijn ruim een uur van het ger-kamp verwijderd en maken tijdens de rit kennis met een lichte zandstorm.
Door de zandstorm mist Suchè, de chaffeur, een afslag. Als hij dat ontdekt, is het dwars door de vlakte het kamp zoeken. Dat dwars door de vlakte gaat met zo’n 60 a 70 km/u, een schietgebedje “svp geen gaten in die vlakte”. Suchè is een zeer ervaren chaffeur die reeds 11 jaar voor Nomad werkt en alles loopt weer goed af. We bereiken om half acht het uitstekende ger-kamp Gobi Mirage, we zijn de enige gasten en worden prima verzorgd.

No comments: