We lopen om een uur of half negen naar de Saigon rivier om een ontbijtje te pakken. Eerst komen we nog langs een openlucht tentoonstelling ter gelegenheid van 60 jaar herdenking van de oorlogsslachtofers. Dus ook in het zuiden dezelfde herdenking. Veel nadruk op de slachtoffers, de ”Heroic Vietnames Mothers” die nu meestal in bejaardenhuizen zitten.
Verrassend hier zo rond te lopen en de fotos te zien die we ons nog zo goed konden herinneren.
We lopen daarna wat verder en bekijken een Hindoe Tempel, vrolijke figuren en kleuren. Daartegenover lunchen we.
In het museum in Hanoi waren meer de oorlogsbewegingen en de geschiedenis van de oorlog tegen Frankrijk en later Amerika te zien, vanuit Noord Vietnamees, communistich gezichtspunt. Het War Remnants Museum gaat vooral over wat de Amerikanen in Vietnam hebben aangericht van 1962 tot 1975, de oorlogs misdaden naar de burgers, het gebruik van de chemische wapens en hun gevolgens en over de aantallen strijdkrachten en doden van beide kanten.
Ook het Tonkin Baai incident hoe dat door de Amerikanen was opgezet om het congres te misleiden. In het eerste incident was de Amerikaanse marine duidelijk het leger van Zuid-Vietnam aan het helpen om eenheden van het Zuid-Vietnamse leger in het noorden aan land te zetten en was de US marine heel ver binnen de Noord Vietnamese territoriale wateren het tweede incident heeft nooit plaats gevonden, maar is opgevoerd om in de US verontwaardiging op te wekken.
Ook een fotorapportage over het slachten van een geheel dorp door de GI’s als wraak, 549 burger doden, x vrouwen waarvan y zwanger, z oude mannnen en w kinderen. Hoe dit vooropgezet zo door de Amerikaanse leiding was gepland volgens deze rapportages, met oude documenten als bewijs. Dit alles als bewijs dat de US in Vietnam oorlogmisdaden tegen de menselijk heeft begaan en de Geneefse conventies heel erg heeft geschonden.
We zien hoe de Vietcong hun guerilla voeren en we kunnen goed navoelen dat dat toch anders was dan de Amerikanen verwachtten:
“We arrived in a country expecting to encounter uniformed communist hordes, but found instead this strange small people wearing peasant clothes and those inscrutable smiles. We found it hard to believe that these weak, undernourished-looking peasants could really present a threat and a danger to all our battalions of big, husky, heavily armed GI’s. “ en: “They were fighting an enemy they could not see ….”
uit: Jonathan Nale
A People’s History of the Vietnam War
We zien hoe alles gebombardeerd werd: scholen, ziekenhuizen, burgerdoelen, zonder rekening te houden met de Genève conventies. Het ging om de “body count”.
We zien een zaal vol met foto’s van de verschrikkelijke gevolgen van de chemische oorlogsvoering, ook nog met een film erbij: niet alles afgekeken. Vreselijk misvormde kinderen geboren na Agent Orange, foetussen geheel vergroeid en mensen met allerlei ziektes die zij door Agent Orange hebben gekregen.
We zien hoe de Vietcong gevangen werd genomen, gemarteld, hoe GI soldaten dood of levend (of levend tot ze dood zijn) ze meesleuren achter hun legertrucks. We gaan in de nagemaakte beruchte tijgerkooien waar de VC gemarteld werden. O.a foto van een Vietcong soldaar die kaalgeschoren tegen een paal wordt gebonden en waar vervolgens water op het hoofd wordt gedruppeld. Hoe vrouwen met electriciteit op de meest gevoelige delen van hun lichaam worden behandeld, etc.
Het is afgrijselijk allemaal.
Dat dit slechts 35 á 40 jaar geleden tussen 1965 en 1975 gebeurde. En wat hebben we ervan geleerd? Die vraag blijft nagonzen als we de tijgerkooien vergelijken met Guantanabay, de burgerslachtoffers met die van Irak en Afghanistan. Vrolijk worden we er niet van, maar we wisten dit op het moment dat we beslotren naar dit museum toe te gaan.
Hebben we de eerste dag vooral in het mooie centrum van HCMC gelopen, onze tweede dag - tevens de laatste in Vietnam van deze rit – gaan we richting Cholon, de Chinese wijk.
Dit is een totaal andere wijk. Markten, winkeltjes, rommelig gebouwd, maximaal drie verdiepingen, kleine smalle huisjes. We bezoeken de overdekte markt met heel smalle gangetjes tussen de stapels en stapels koopwaar. Heerlijk om een uur of wat door deze oude wijk te struinen. Lunchen durven we niet aan, dat doen we na afloop in de superstore even verderop.
We zien in twee dagen natuurlijk lang niet alles, maar het beeld van het centrum van HCMC is dat het een moderne stad is, net als Hanoi, alleen met wat bredere straten (vier- of meerbaanswegen niet in het centrum). We zien veel meer grote Franse gebouwen , o.a. het prachtige postkantoor uit de dertiger jaren gebouwd in 1881, prachtig gelegen tegenover een van de zijvleugels van de Notre Dame van Ho Chi Minh City. Op twee muren twee mooie kaarten, een van Indo-China gedateerd 1937 en een andere van Saigon en omgeving gedateerd 1901. Op die kaart zien we ook het gebied waar ons hotel is gelegen en de Chinese wijk waar we de tweede dag naar toe gingen.
Een diepe zucht.
Dat was het dan. Treinreis afgelopen. Morgen op het vliegtuig naar Singapore en daarna Amsterdam.
No comments:
Post a Comment